Meer hulp en minder obstakels bij inclusiviteit [blog]
Dat we het belang van werk meer leren waarderen, toont zich in twee belangrijke debatten. Afgelopen week werd de initiatiefnota over sociale ontwikkelbedrijven besproken in de Tweede Kamer. Er was veel steun voor het voorstel om de rol van het sociaal ontwikkelbedrijf te versterken. We moeten voorkomen dat de SW-infrastructuur nu wordt afgebouwd, terwijl er plannen zijn om deze bedrijven door te ontwikkelen. Op 8 februari behandelt het parlement het wetsvoorstel Breed Offensief. Hiermee wil het kabinet meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk krijgen. Onder andere door het voor werkgevers eenvoudiger te maken om deze mensen aan te nemen.
OBSERVATIES VOOR KAMERLEDEN
Ik mag mij sinds bijna 2,5 jaar vanuit een unieke positie – als directeur van het arbeidsontwikkelbedrijf en als voorzitter van VNO-NCW Midden – bezighouden met de regionale arbeidsmarkt. Alhoewel ik lang niet zoveel weet als al die gedreven professionals die zich al jaren buigen over het onderwerp, leerde ik vanuit de praktijk toch veel over diezelfde arbeidsmarkt. In het bijzonder over werkzoekenden met een afstand tot die arbeidsmarkt. Wellicht hebben de Kamerleden iets aan mijn observaties:
- We kijken veel naar overheden, werkgevers en onderwijsinstanties om inwoners aan het werk te helpen. Het begint er echter mee dat iemand zelf werkzoekend en gemotiveerd is om aan de slag te gaan.
- Overal werken gedreven professionals die enorm hun best doen om werkzoekenden van dienst te zijn. Het is goed om juist van hun kennis en ervaring gebruik te maken wanneer nieuwe plannen bedacht worden.
- Het bij elkaar brengen van werkzoekenden, werk en scholing wordt belemmerd door de focus op zorg en de uitvoering van uitkeringen. Hierdoor hebben veel gemeenten nog steeds niet alle werkzoekenden in kaart.
- Instellingen worden bovendien gehinderd door beleid en budget. Directe opbrengsten raken ook weer versnipperd, waardoor veel tijd gaat zitten in gesprekken over beleid en budget en niet in het daadwerkelijk bemiddelen van werkzoekenden.
- Doordat de ene partij zich richt op werkzoekenden en de andere op werkgevers, missen we het volledige plaatje.
- Als een initiatief op de arbeidsmarkt niet werkt, is de oplossing vaak om een nieuw initiatief, in plaats van het verbeteren van het lopende initiatief.
- Het doel van de participatiewet klopt: zoveel mogelijk mensen laten werken in zo passend mogelijk werk bij zo regulier mogelijke werkgevers. Tegelijkertijd moeten we beseffen dat een grote groep werkzoekenden hier wel hulp en begeleiding bij nodig heeft.
- Veel werkgevers schrikken terug voor de wirwar aan regels rondom de participatiewet. Tegelijkertijd zijn ze bang voor vast werkgeverschap, is hulp noodzakelijk in de begeleiding en komen loonwaardemetingen vaak niet overeen met de praktijk. Daarbij weten werkgevers niet altijd waar zij terecht kunnen voor assistentie.
- Wanneer werkgeverschap en begeleiding bij een derde partij ligt en werknemers worden gedetacheerd, zorgt dat direct voor een stijging van het aantal mensen dat aan de slag kan.
- Het stopzetten van de regeling SW zorgt ervoor dat er ieder jaar minder mensen werkzaam zijn binnen de arbeidsontwikkelbedrijven. Dit leidt tot een afschaling en uiteindelijk tot financiële tekorten. En dat terwijl het werk, de faciliteiten en de kennis en ervaring aanwezig zijn om werkzoekenden goed te begeleiden.
- Bovendien kun je een regeling wel stopzetten, maar dat betekent niet dat de mensen met een arbeidsbeperking er niet meer zijn. Die zitten nu veelal in de bijstand.
- Om toch voor een vangnet te zorgen bestaat de regeling nieuw beschut. In de praktijk zien we echter dat aan de quota van het Rijk niet voldaan wordt. Daarbij helpt het niet dat de budgetten die gemeenten ontvangen niet gelabeld zijn en dus ook voor andere doeleinden gebruikt kunnen worden. De nieuwe regeling waarbij gemeenten de budgetten ontvangen gebaseerd op daadwerkelijke aantallen is een stap in de goede richting.
VEEL WIJSHEID GEWENST
We moeten de kennis en ervaring van arbeidsontwikkelbedrijven als bemiddelaar, opleider, tijdelijke werkgever en als vangnet volledig inzetten. De meeste mensen willen namelijk heel graag werken en de meeste werkgevers staan open voor inclusiviteit – maar daar hebben we wat meer hulp en wat minder obstakels voor nodig. Ik hoop dat de Kamerleden hier iets mee kunnen. Ik wens hen in ieder geval veel wijsheid in de debatten